In het begin van de 20e eeuw werd vanaf Hoorn een spoorlijn aangelegd ten behoeve van een stoomtram, die via Schellinkhout, Hem, Wijdenes en Venhuizen naar Bovenkarspel-Grootebroek zou gaan rijden. Deze pagina is een poging de lijn en de overblijfselen daarvan te documenteren.
Nadat tegen het einde van de negentiende eeuw al de behoefte aan beter vervoer van personen zowel
als landbouwprodukten en vee duidelijk werd, kwam men in 1903 tot oprichting van de NV Spoorweg-Maatschappij
"De Zuider Kogge". In 1908 werd de definitieve route vastgesteld, en op 2 december 1913 kon de lijn officieel
in gebruik genomen worden, ze werd door de H.IJ.S.M. geëxploiteerd.
Het tijdschrift "De Prins der geïllustreerde bladen (vereerd met de inteekening van
H.M. de Koningin en H.M. de Koningin-Moeder)" van 13 december 1913
doet verslag van de aankomst van de eerste tram op station Venhuizen.
"De feestelijke opening van de stoomtram H. IJ. S. M. Hoorn-Venhuizen-Grootebroek. Deze
nieuwe verbindingslijn is een belangrijke aanwinst voor de streek. - Burgemeester C. Vis te
Venhuizen hield een redevoering, waarin de beteekenis van de nieuwe lijn helder in het licht
gesteld werd. - Bovenstaande foto stelt voor: De aankomst van den feesttrein met autoriteiten
aan het station Venhuizen, waar de eerewijn aangeboden werd ; op de afbeelding ziet men de
schoolkinderen, die aardige liederen zongen."
Een ruwe schets van het tracé van de tramlijn. Klik hier voor meer kaarten (1918-1924).
De tram reed op normaalspoor met een totale lengte van bijna 19 kilometer. Dagelijks werden 6 ritten v.v. uitgevoerd,
met locomotieven uit de z.g. "dierenserie". Vanaf 1931 hebben ook de NS-loc's 41-43 incidenteel dienst gedaan op deze lijn.
In 1933 ging men over op motortractie, n.l. een motorrijtuig uit de serie C911-916, een jaar later een uit de serie C901-908.
In oktober 1935 werd motorrijtuig C1928 ingezet, voor een periode die, naar later bleek, de laatste drie maanden zou beslaan...
Tussen 1925 en 1930 nam door de opkomst van het vervoer per auto (vrachtauto's en bussen) het gebruik van de tram steeds meer af.
NS besloot al in 1932 tot inkrimping van de dienstregeling: de laatste tram moest vervallen. Toen in 1935 bleek dat het vervoer van
reizigers slechts f 25.00 per dag opleverde, terwijl de dagelijkse kosten f 100.00 bedroegen was het lot van de lijn beslecht: NS kondigde
in mei van dat jaar aan de lijn nog dat zelfde jaar te zulen opheffen. Op 31 december 1935 werden zowel op deze lijn
als op die tussen Hoorn en Medemblik de laatste ritten gereden. De ZK werd op 23 mei 1936 opgeheven.
Verrassend is dat de stationsgebouwen in Schellinkhout, Hem, Wijdenes en Venhuizen er anno 2005 nog
steeds staan, terwijl de spoorlijn toch al in 1936 is opgeheven. Ze zijn alle in gebruik als woonhuis.
Voor deze vier gebouwen is uitgegaan van hetzelfde ontwerp, eigenlijk wijkt alleen de plaatsing van het
toiletgebouw soms af. Overigens: de stationsgebouwen te Schoorl en Warmenhuizen (lijn Alkmaar-Schagen)
zijn overduidelijk door dezelfde architect ontworpen.
Van een aantal (5 of 6 ?) bruggen in de ZK-lijn zijn bovendien de brughoofden bewaard gebleven.
De bouw van het station te Hoorn begon in 1882. Het werd een knooppunt in de spoorlijnen tussen Amsterdam, Alkmaar,
Medemblik en Enkhuizen. Ook de later aangelegde verbindingen naar Schagen en Schellinkhout (e.v.) hadden
er hun beginpunt.
De tram naar Schellinkhout reed de eerste kilometers vanaf Hoorn over het reeds in 1885 voltooide spoor naar Enkhuizen, en
boog dan bij kilometerpaal 35 af naar het zuiden. Helaas is er van dit deel van de lijn niets meer terug te vinden,
o.a. door de spoorverdubbeling op de NS-lijn naar Enkhuizen, en de bouw van de nieuwe wijk Kersenboogerd bij Hoorn.
Foto: Stationsweb.nl, Wichor Bramer
Aan de Lageweg was een abri, waar de tram alleen op verzoek stopte.
Naast de provinciale weg Hoorn-Enkhuizen (N506), nabij de plaats waar de halte geweest moet zijn, liggen nog de restanten van een brug.
Deze is na het afbreken van de tramlijn, voorzien van een ander brugdek en leuning, nog vele jaren in gebruik geweest als toegang tot een boomgaard.
Ten zuiden van de weg staat nog de rij bomen die destijds langs de rails stonden
(links langs de bomen). De sloot, links in de voorgrond op de eerste van deze twee foto's,
is pas later gegraven, bij de aanleg van de N506.
Een paar honderd meter verder naar het zuiden, verscholen in het struikgewas, ligt nog een stel
brughoofden. Van de sloot is niets meer terug te vinden, deze is kennelijk al lang geleden gedempt.
Merk op dat de slopers zo attent geweest zijn om de moeren te bewaren, misschien voor het geval dat
er later weer een nieuwe brug gebouwd zou moeten worden... ;-)
Het spoor boog dan af in oostelijke richting (langs de Kamersloot), naar Schellinkhout. Ergens op deze foto
zou het station te zien moeten zijn, maar ik weet nog niet precies waar... ;-)
Voorbij het station kruist de lijn de dorpsweg van Schellinkhout, waar aan de oostzijde ook nog resten van een brug te zien zijn.
Foto's: Geschiedenis Schellinkhout, Gerben Kazimier
...
...
Het station te Wijdenes staat er nog, en is nu in gebruik als woonhuis. Het toiletgebouwtje is verplaatst
naar een plekje achter in de tuin, en doet dienst als schuur.
Een goede honderd meter verderop, bij de molen, liggen nog de resten van een spoorbrug.
...
Na de opheffing van de lijn in 1935 is de abri aangekocht door een veehouder die er een varkensstal van wilde maken.
In 1884 werd aan de lijn Hoorn-Enkhuizen een station gebouwd, op de grens tussen de dorpen Bovenkarspel en Grootebroek.
De Zuider-Koggelijn sloot even voor dit station aan op de NS-spoorbaan. Het gebouw werd in 1965 afgebroken.
...
Hoewel station Enkhuizen niet aan de Zuider-Koggelijn ligt, was het gedurende een aantal jaren wel het
eindpunt voor een groot deel van de trams (zie de dienstregeling).
Foto: Stationsweb.nl, Wichor Bramer
Bronnen: